Met een voorlopig ambtelijk concept heeft het kabinet bekend gemaakt hoe het de Innovatiebox wil wijzigen. Een belangrijke voorgestelde wijziging is dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen ‘kleine’ en ‘andere’ belastingplichtigen. Daarnaast wordt een beperking aangebracht aan de toerekenbare winst.
Innovatiebox regime 2017 en 2018:
Innovatiebox 2018
De nieuwe innovatiebox is per 1 januari 2017 ingevoerd en zal van toepassing zijn op immateriële activa voortgebracht na 30 juni 2016.
Een belangrijke wijziging is dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen ‘kleine’ en ‘andere’ belastingplichtigen. Daarnaast wordt een beperking aangebracht aan de toerekenbare winst.
Voor alle belastingplichtigen blijft de S&O-verklaring gelden als voorwaarde voor toegang tot de Innovatiebox.
Omvang van de onderneming en de Innovatiebox
- Voor kleine belastingplichtigen is de S&O-verklaring op zichzelf een toegangsticket tot de Innovatiebox.
- Belastingplichtigen met een nettogroepsomzet van meer dan €50 miljoen per jaar (€250 miljoen in vijf jaar) of bruto voordelen uit innovatieve activa van meer dan €7,5 miljoen per jaar (€37,5 miljoen in vijf jaar) moeten naast de S&O-verklaring tevens beschikken over één van de volgende zaken:
1. een octrooi
2. een kwekersrecht
3. programmatuur
4. een vergunning om geneesmiddelen op te markt te brengen
5. een geregistreerd gebruiksmodel ter bescherming van innovatie
6. een aanvullend beschermingscertificaat verleend door het Octrooicentrum Nederland
7. een met bovenstaande (1 t/m 6) samenhangend immaterieel activum.
Beperking van de toerekenbare winst
Als gevolg van internationale afspraken inzake belastingontwijking wordt de Nexusbenadering of ‘nexus approach’ geïntroduceerd; wanneer een deel van de R&D werkzaamheden wordt uitbesteed aan een verbonden lichaam, worden de innovatieboxvoordelen beperkt.
De beperking vindt plaats door een breuk toe te passen op de voordelen, de zg. Nexus breuk (kwalificerende uitgaven x 1,3 / totale uitgaven).
Voorbeeld: Stel, er wordt een immaterieel activum ontwikkeld waarop ook en S&O-verklaring is afgegeven. De totale uitgaven bedragen €200.000, waarvan €120.000 voor zelf verrichte werkzaamheden, €20.000 is uitbesteed aan derden en €60.000 aan een verbonden lichaam.
In het jaar worden €250.000 aan voordelen behaald. Hiervan wordt dan 91% in aanmerking genomen voor de Innovatiebox. Immers: (€120.000+€20.000*1,3)/€200.000 = 0.91
Overgangsregeling:
Als de belastingplichtige heeft gekozen voor toepassing van de Innovatiebox in het boekjaar waarin 30 juni 2016 valt, blijft de huidige regeling voor die activa gelden. Het overgangsrecht met betrekking tot die immateriële activa, vervalt op uiterlijk 1 juli 2021.